‘We hebben alle tijd, als we morgenochtend maar klaar zijn. Maar dat redden we wel, toch?’ Per Olov Enquist glimlachte plagend, zijn ogen twinkelden, terwijl zijn handen intussen in de weer waren met kopjes en koffiefilters om zijn bezoek van koffie te voorzien. Het was een onverwacht vrolijke opening van het interview voor Knack met deze grote Zweedse schrijver, in zijn schrijfhuis in Stockholm. Hij is inmiddels een tachtiger, en dat voelde hij: ‘Mijn tijd begint op te raken.’ We mochten een bijzonder gesprek optekenen, over zonde, schuld en boete; over drankgebruik, waanzin en poëzie; over waarom schrijven over de liefde zo moeilijk is. ‘Bezwaar als ik rook?’